Test onafgeschermde netwerkkabels, met de lampjes aan: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8;
Test de afgeschermde netwerkkabel, met de lampjes aan: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, G;
Test de telefoonlijn en zet de lampen aan: 1, 2, 3, 4, 5 en 6;
Detectie van acht-aderige netwerkkabel: schakel de switch in, sluit de kabel aan en de indicatielampjes 1-8 gaan opeenvolgend branden om aan te geven dat het juiste circuit is geselecteerd.
Detectie van afgeschermde netwerkkabel: Schakel de switch in, sluit de kabel aan en nadat de indicatielampjes 1-8 achtereenvolgens zijn gaan branden, gaat lampje G branden om de juiste lijn aan te geven.
Modelnr. | Bereik |
780150001 | RJ45/BNC UTP/STP/FTP/coaxkabel |
Deze kabeltester kan het dringende probleem van het vinden van lijnen eenvoudig oplossen. Op kantoor of thuis kan de corresponderende relatie tussen de twee uiteinden eenvoudig worden bepaald door middel van het vinden van lijnen.
1. Zet de voeding in de AAN-stand voor snelle scantests (S is de langzame testuitrusting). De hoofdtestlampjes 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en G knipperen achtereenvolgens, wat aangeeft dat het apparaat in de normale werkmodus staat.
2. Classificeer de te testen lijnuiteinden en steek ze in de overeenkomstige poorten van de hoofdtester en de externe tester. (Het is noodzakelijk om zoveel mogelijk goed contact te houden tussen de stekker en de contactdoos. Anders heeft dit invloed op de scanresultaten.) Als alle draaduiteinden van de testlijn in orde zijn, knipperen de indicatielampjes 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en G van de hoofd- en externe tester één voor één. Als er tijdens de test geen afgeschermde draad aanwezig is, knippert het lampje G op de externe machine niet.
Correcte bedrading:
Voor netwerkkabel:
Hoofdtester: 1-2-3-4-4-5-6-7-8
Afstandstester: 1-2-3-4-4-6-7
Voor zesaderige telefoonlijnbedrading
Legenda voor knipperende lichten indien correct
Hoofdtester: 1-2-3-4-4-5-6-7-8
Afstandstester: 1-2-3-4-4-5-6
Legenda voor knipperende lampjes wanneer de bedrading van de vieraderige telefoonlijn correct is
Hoofdtester: 1-2-3-4-4-5-6-7-8
Afstandstester: --2-3-4-5--
Legenda voor knipperende lampjes wanneer de bedrading van de tweeaderige telefoonlijn correct is
Hoofdtester: 1-2-3-4-5-6-7-8
Afstandstester: ---3-4---
Als de bedrading niet correct is, dDisplaymodus van indicatielampje:
Wanneer er kortsluiting is in de netwerkkabel (bijvoorbeeld wanneer er kortsluiting is in lijn 4 of lijn 5), worden de hoofdtester en de afstandsbediening
Testlampje 4 en lampje 5 branden niet. Wanneer meerdere draden kortgesloten zijn, werken de hoofdtester en de afstandsbediening niet.
De overeenkomstige items van de tester lichten niet op.
Hoofdtester: 1-2-3-6-7-8
Afstandstester: 1-2-3-6-7-8